Winkelwagen
U heeft geen artikelen in uw winkelwagen

Tarwegras. Een wondermiddel voor de gezondheid en natuurlijk zelf gemaakt!

Een wondermiddel voor de gezondheid en natuurlijk zelf gemaakt!

De groene revolutie
De wonderen zijn de wereld nog niet uit; de wondermiddelen ook niet. Een relatief onbekende loot aan de stam van brooddranken, knoflooktenen en elixers is een groep sap, geperst uit de piepjonge stengels van de tarweplant. Tegenwoordig in verschillende Amerikaanse supermarkten aftapbaar in kleine bekertjes; beschouwd als het betere alternatief voor een glas sinaasappelsap. Tarwegrassap: een veertig jaar oude ontdekking van Ann Wigmore
In Nederland en België is de tot Amerikaanse genaturaliseerde Litouwse altijd tamelijk onbekend gebleven. Een heel enkele keer kom je nog wel eens iemand tegen die een boek van haar in de kast heeft staan: Ann Wigmore. Een heel, heel enkele keer iemand die zich een lezing van haar weet te herinneren. Of een curieuze anekdote uit de oude doos. ("In Amerika gebruikten chirurgen tarwegrassap om hun instrumenten te ontsmetten"). Want vijftien of twintig jaar geleden heeft ze Nederland even aangedaan. Uit die tijd - in het kielzog van het tijdens haar tournee ongetwijfeld opgelaaide enthousiasme - zullen de twee Nederlandse vertalingen dateren van Wigmore's eerste twee boeken, die uitgeverij Elmar ooit het licht deed zien - nu alleen nog in drieweekse perioden te verkrijgen als lid van een openbare bibliotheek.

Het zal in diezelfde tijd zijn geweest dat een Noord-Hollandse bd-boer Ann Wigmore voorstelde een hectare tarwe in te zaaien en de pas opgekomen tarwesprieten tot tarwegrassap te verwerken. Dan konden er meer mensen worden bereikt dan middels de door Wigmore gepropageerde vensterbankteelt. Het is er nooit van gekomen. Ze was er niet voor. De mensen moesten het zelf doen, vond ze. Zeker ook omdat de kwaliteit van het sap na de bereiding in rap tempo achteruit holt. In Nederland kan men bij verschillende reformzaken tarwegrascapsules kopen voor ongeveer i 25,-. Een Italiaanse firma verkoopt sinds kort gedroogd tarwegraspoeder. Ook Amerikaanse firma's schijnen iets te hebben bedacht om het tarwesap op de markt te kunnen brengen. In Japan wordt gerstegraspoeder op de markt gebracht, verwerkt bij zorgvuldig laag gehouden temperaturen. Wigmore zelf heeft dergelijke plannen nooit gekoesterd. Zij zag die dingen anders. Vers moest het zijn. Zoals alles wat de mens tot zich nam zo vers mogelijk diende te zijn.

Wasbeertje
In haar eerste boek Why Suffer? beschrijft Wigmore haar ervaringen met een halfwild, wasbeerachtig diertje (kinkajoe) waar ze in de jaren vijftig een tijd lang voor zorgde. Van origine was het een vleeseter. Vreemd genoeg weigerde hij in zijn nieuwe behuizing alle vlees. Wat Wigmore zeer verbaasde: "Net als zoveel van zijn soortgenoten eet deze inboorling uit Midden- en Noord-Amerika van huis uit slechts rauw vlees. Maar alle ongekookte kip en rauw rund -en lamsvlees liet het diertje staan voor een maaltje vers fruit."
Ze stelde zichzelf de vraag of het kwam omdat het vlees dat zij kocht nooit zo vers kon zijn als de levend gevangen en meteen opgepeuzelde vogels en hagedisjes die het diertje van huis uit gewend was. Ook bij sommige volken wordt het vlees van een pas geslacht dier immers niet meer als echt vers beschouwd als het zijn oorspronkelijke warmte verloren heeft". Ook vruchtensappen moesten vers zijn. Vers sinaasappelsap werd gretig opgelikt, maar alle ingevroren, ontdooide en vervolgens volgens voorschrift met water aangelengde sappen liet hij onaangeroerd. "Is het mogelijk dat er iets essentieels verloren gaat als een groente is geplukt, wordt opgeslagen en verwerkt?", vroeg Wigmore zich af. "En dat wilde dieren dat instinctief weten?".

Achtertuintjes
Ze groeide op in een door oorlogsgeweld en plunderingen geteisterd Litouwen - onder de hoede van een grootmoeder die in de wijde omtrek bekendheid genoot vanwege haar (wat we tegenwoordig zouden noemen) natuurgeneeskundige kwaliteiten. Wigmore herinnert zich haar als een groot genezer. Met wie ze voor het krieken van de dag op pad gingen om in bos en moeras de planten te zoeken die grootmoeder nodig had. 'Anetta', zei deze op een gegeven moment: "deze vreselijke oorlog is voorbij. We beginnen allemaal opnieuw. Maar jouw taak ligt aan de andere kant van de oceaan. Ik heb je opgevoed met het idee dat jij mijn werk zult overnemen - anderen helpen genezen wanneer ik er niet meer zal zijn. Dat kan wel eens eerder zijn dan je denkt".
Wigmore stak de oceaan over, maakte kennis met de Amerikaanse levensstijl en verdiepte zich met de jaren opnieuw in de relatie voeding / gezondheid. Decennia lang had ze geleefd van wortels, gras en grof brood. Nu was daar witbrood, cola en hamburgers voor in de plaats gekomen. In de jaren vijftig greep ze terug op de plantaardige, kruidenrijke voeding uit haar jeugd. Ze zocht de Amerikaanse equivalenten van de haar bekende Litouwse kruiden, stroopte bibliotheken af voor afbeeldingen en informatie en brouwde na veel experimenten en vergissingen een drank die de kracht in haar spieren terug moest brengen. Een proces waar ze uitgebreid verslag van deed in het tijdschrift dat ze in die tijd uitgaf. De zoektocht werd onderbroken en toen een aantal grote dagbladen een artikel publiceerde van een arts die stelde dat de gewone Amerikaanse achtertuintjes volstonden met tientallen dodelijke onkruiden die verwijderd in plaats van gegeten dienden te worden. Het gevaar lag overal op de loer. Wigmore kreeg talloze brieven, lezers begonnen ongeruste vragen te stellen en ze besloot een andere weg te bewandelen.

Graspulp
Wat zei haar Litouwse grootmoeder ook al weer over de grassen die de mens al de voeding konden verschaffen die hij voor zijn gezondheid nodig had? "Eens zullen we weten wat de geheimzinnige kracht is van het verse groen dat zo snel verdwijnt wanneer het gras van zijn wortels is afgesneden." Wigmore zegt zich uit haar hele door strijdgewoel geteisterde jeugd geen sabelhauw, wolvenbeet of kogelwond te herinneren die haar grootmoeder niet wist te genezen met behulp van graspulp. "Gras dat ze placht te malen tussen stenen, waarna ze de pulp met verse geitenmelk mengde en het mengsel vervolgens in de wonden goot alvorens de huid dicht te naaien". En had de zieke koning Nebukadnezar uit het Oude Testament niet de raad gekregen om het open veld in te gaan en te eten als de ossen? Knabbelden zieke honden en katten niet aan straatgras? Gras. Maar welk gras? De wereld telde 4700 gras - en graansoorten - geen van alle giftig. Welke soort was voor haar doel dan het meest geëigend? Ze stuurde brieven naar honderden mensen over de hele wereld met het verzoek haar zaden van grassen en granen te sturen. Met tientallen kwamen de pakketjes binnen. Zaden van pampagras uit Argentinië, boomgras uit Australië, blauwgras uit Kentucky, bamboezaad uit Japan, rijst uit China. Alles werd uitgezaaid, Bijgestaan door een bevriende boomdeskundige, sloeg ze groei, wortelspreiding en stengelontwikkeling vervolgens nauwlettend gade. Zeven grasachtige haalden de tweede ronde. Daaronder bevonde zich rogge, luzerne, gierst, boekweit en tarwe. Wigmore zette de zeven granen en grassen in potten op een rij, plaatste er een klein katje bij dat ze van een afstandje bleef observeren. Het beestje snuffelde aan elk van de zeven soorten grassprieten, maar begon uiteindelijk op het tarwegras te kauwen. Een experiment dat ze een aantal keren herhaalde met andere huisdieren. Steeds met dezelfde uitkomst: snuffelen aan alles, kauwen op de tarwestengel. Vervolgens kwamen twee groepen kuikens aan de beurt - van hetzelfde geslacht en hetzelfde broedsel. Ze kocht het beste kuikenvoer dat ze "in de handel kon krijgen." En mengde bij een van beide groepen fijngehakt tarwegras door het kuikenvoer. Alle kuikens, uit beide groepen, bleven gezond. Maar vanaf de derde dag groeiden de met tarwegras bijgevoederde kuikens harder, ze werden groter en zwaarder; waren kwieker, zaten beter in de veren en zagen er gezonder uit. In vervolgproeven lieten konijnen en katten gelijksoortige verschillen zien: meer eetlust, een snellere groei en een grotere vitaliteit. "Mensen die zelf kuikens hadden gehad, begrepen niet hoe het mogelijk was dat een handvol fijngesneden tarwegras dergelijke verschillen teweeg kon brengen. Als zo'n eenvoudige toevoeging tot zulke grote verschillen kon leiden, waarom hadden de pluimveefokkers het geheim dan niet al veel eerder ontdekt?"

Andere succesverhalen
Ze perste het sap uit de tarwegrassprieten en testte het vervolgens uit op zichzelf en een aantal naaste vrienden. Het effect beschrijft ze als verbluffend. "Was ik tevoren door uitputting en nervositeit niet in staat geweest meer dan een paar uur per dag te werken, het tarwegras scheen mee lenigheid en energie te brengen." Op aanraden van een bevriende arts staakte ze haar 'experimenten op vrienden en bekenden'. Ze diende de schijn te vermijden voor dokter te willen spelen. Ze nam het advies ter harte en richtte zich voortaan op mensen die 'niets meer van dokters of medicijnen te verwachten hadden '; zoals zij die noemde. Bedlegerige, zwakken, vermagerde oudjes, van wie ze er dagelijks zes met vers geperst tarwegras kon behandelen. Als we haar verslag in Why Suffer? mogen geloven met een indrukwekkende reeks succesgevallen tot gevolg - van maagzweer -, multiplexsclerose - tot artritis-, reuma-, kankerpatiënten en diabetici. Mensen die vaak sceptisch aan Wigmore's dieet van gekookte groenten en tarwegrassap begonnen om enthousiaster en enthousiaster te worden naar mate ze merkten dat pijnen en ongemakken binnen een paar weken begonnen te verminderen. Elke minuut buiten haar eigenlijke werk ging zitten in het telen van het gras en het uitdelen van het sap aan iedereen die het maar hebben wilde. Waarna de vonk in de regel oversloeg en ze haar werkterrein verlegde. Op een gegeven moment ging haar gedrevenheid zover dat ze een actie wilde opzetten om Afrikaanse lepraleiders aan tarwegrassap te helpen. Overtuigd als ze was van de genezingsmogelijkheden schreef ze alle vijfhonderd congresleden een brief om haar aan veertig ton tarwe te helpen. Een plan dat stuk liep op de bepaling dat tarwe alleen als meel naar het buitenland mocht worden geëxporteerd. Het vervolgidee om het tarwegroentesap dan uit te proberen op Amerikaanse lepralijders liep stuk op de verordening dat het tarwegrassap eerst een paar jaar diende te worden getest.

In 1963 ging Wigmore's werk een nieuwe fase in met de oprichting van het eerste op haar ervaringen gebaseerde centrum (het Hippocrates Health Institute in Boston) waar iedereen heen kon gaan om een tijdje onder begeleiding te kuren. En waar ze de tijd vond om haar voedingsadviezen verder uit te werken en theoretisch te onderbouwen. Ze verdiepte zich in de wetenschappelijke literatuur over de geneeskracht van het chlorofyl - aanvankelijk door haar als het werkzaamste bestanddeel van het tarwegras beschouwd. En tot in de jaren veertig een geaccepteerd middel tegen klachten als luchtweginfecties en bloedarmoede; de desinfecterende kwaliteiten werden in 1943 nog beschreven in het American Journal of Surgery.

Zonnebloempitten
Tarwegrassap was misschien het bekendste, maar zeker niet het enige element uit het dieet dat zij propageerde. Ze gaf trouwens niet alleen voedingsadviezen, maar ging in een boek als Be Your Own Doctor ook op uiterst lezenswaardige wijze in op inmiddels aanzienlijk meer platgetreden paden als de betekenis van een goede nachtrust, voldoende lichaamsbeweging, frisse lucht en ontspanning en de invloed van muziek.
Wat eten betreft is ze altijd blijven hameren op het belang van verse groenten en vruchten. In haar standaardboek uit 1984 adviseert ze haar lezers elke dag twee tot vijf stuks fruit te nemen - tussendoor of als ontbijt, maar zeker niet vlak voor of na de maaltijd, omdat de zuren in het fruit de vertering van het zetmeel hinderen. Zoals ook eiwitten en koolhydraten niet goed combineren. Verder twee of drie glazen rejuvalec (zie recept); een klein beetje ongeraffineerde honing en liefst ook wat zeegroenten. En dan natuurlijk kiemen en een (niet te grote) hoeveelheid tarwegrassap. Als de naam Wigmore ergens mee verbonden is, is het wel met tarwegras, boekweitscheuten, alfalfa, linzekiemen en gekiemde zonnebloempitten. En al die andere jonge, meer of minder uitgelopen planten en groenten. Liefst zes koppen per dag - verwerkt in soepen, salades en/of dranken. Alle zaden, noten, granen en bonen dienen voor het kiemen eerst te weken worden gelegd - om de stoffen te neutraliseren die het ontkiemingproces tegenhouden en die ook de spijsvertering parten kunnen spelen. Vervolgens komt het kiemproces op gang, waarvan Wigmore als een van de eersten de waarde herontdekte - op een moment dat het nog vele jaren zou duren voor een gezaghebbende krant als The Wall Street Journal een lang en enthousiast artikel aan de waarde van kiemen zou wijden. Lange tijd heeft het gebruik van kiemen en tarwegras zich in landen als Amerika en Duitsland louter verspreid via mond-tot-mondreclame. Zoals een Amerikaanse gebruiker het in zijn voorwoord tot een van Wigmore's boeken zegt: "We grew wheatgras, sprouts and greens, and after four months of following the diet strictly, we felt fantastic."

Tarwegrassap
's-Werelds meest geconcentreerde vloeibare voedingsmiddel wordt tarwegrassap wel genoemd. Het sap zou (bijvoorbeeld) tienmaal zoveel van het verjonging - en vruchtbaarheidsvitamine E bevatten als spinazie en kropsla en voor 21% bestaan uit hoogwaardige eiwitten. De Japanse onderzoeker Yoshide Hagiwara heeft tweehonderd planten onderzocht op hun gehalten aan vitaminen, mineralen, proteïnen en enzymen. Zijn collega, Kazuhiko Kubota (universiteit van Tokio), isoleerde het enzym PD41 uit gerstegrassap, dat goede diensten zou bewijzen bij het herstel van door röntgenstralen beschadigd erfelijk materiaal. Ook het enzym SOD (dat in alle lichaamscellen zit en waarvan wordt verondersteld dat het ontsteking-remmend werkt, het verouderingsproces kan helpen vertragen en de effecten van radioactieve straling kan verminderen) zit in gerst - en tarwegrassap. In haar boek over tarwegras noemt Wigmore nog verschillende andere onderzoekers die zich met PD41, SOD en andere enzymen hebben beziggehouden. Aan de universiteit van Texas zou Chiu-Nan Lai in vitro een duidelijk anticarcinogeen effect hebben aangetoond van extracten van linzen - en mungbonen en tarwegras bij bacteriën. Lai zoekt de werking vooral bij het chlorofyl.

Kiemen en Grassen in de praktijk
In principe is Ann Wigmore's tarwegrasdieet zuivel - en vleesloos. In groenten, fruit en ontkiemde zaden, granen, noten en peulvruchten zit volgens haar alle voeding die de mens nodig heeft. Ze verwees vaak naar Hippocrates bekende uitspraak ('Laat medicijnen uw voedingsmiddelen zijn en voedingsmiddelen uw medicijnen'). Twintigduizend in (Amerikaanse) supermarkten verkochte producten zou Hippocrates volgens haar hebben afgekeurd. Maar ze hield nog altijd vijftienhonderd producten over - verwerkt en gecombineerd tot sappen, salades, brood, gefermenteerde kaas, soepen, sausen en ijs. "Ooit mijn citroen -mayonaise -sladressing of mijn amandel -bananenijsdrank geproefd?"

Tarwegras en kiemplantjes
Het piepjonge kiemplantje haalt al zijn voeding uit het zaadje. Behalve water en lucht hebben de jonge kiemen niets nodig. Er zijn speciale bakken voor het kweken, o.a. de Sproutman tarwegraskweker wordt geleverd met zwarte en doorzichtbare deksels. Automatische apparaten voor kiemgroenten om het u nog makkelijker te maken kunt u krijgen bij Slowjuice.nl. Ook in dit geval de zaden weken en vervolgens dan laten kiemen. De tarwe goed verspreiden en een beetje aandrukken, water geven en vervolgens afdekken (in het donker kiemt tarwe beter): met een tweede dienblad of met de zwarte deksel. Tussentijds water geven(sproeien): de zaden mogen niet zwemmen. De witte zijworteltjes van de tarwe niet verwarren met schimmel. Na drie dagen dienblad of deksel eraf halen. In het licht plaatsen; niet in direct zonlicht. Oogsten als de kiemplanten een centimeter of vijftien groot zijn door de stengels zo dicht mogelijk bij de wortels af te knippen of te snijden.

Tarwegrassap (2)
De waarde van het tarwegras en de kiemplantjes van boekweit en zonnebloem ligt onder andere in het groene chlorofyl. De vezels van het tarwegras zijn voor een mens niet te verteren. Kauwen op een handje tarwegras is een mogelijkheid, maar op de lange duur wellicht niet bevredigend. Uitpersen dus. Maar hoe? De gangbare sapcentrifuges zijn geschikt voor het maken van sap van wortel en biet, maar niet voor tarwegras. In Amerika zijn zogenaamde langzaam draaiende apparaten ontwikkeld die de kwaliteit van het groene sap intact laten. Een ideaal apparaat - waar ook andere sappen en moesen maximaal mee uitgeperst kunnen worden. Uit Amerika naar Nederland geïmporteerd, komt de prijs op een 499,- (Slowjuice.nl). En de hoeveelheid sap? Beginnen met enkele theelepels per dag. Op te bouwen tot drie kleine glaasjes per dag.

Rejuvalec
In de schaduw van het tarwegrassap een van de gouden standaardbrouwsels van het life-food-dieet. Een bijzonder enzymrijk drankje. Een tarwe-aftreksel. Een weldaad voor de spijsvertering genoemd. Wigmore: "Zo voedzaam dat het eigenlijk niet als drank maar als voeding geafficheerd zou moeten worden". Het is bijzonder simpel te bereiden, maar de bereidingswijze blijkt per boek te verschillen. Het eenvoudigste recept vinden we in Wigmore's eerste boeken: een kop tarwe 24 uur laten weken in niet te koud water. Dat is alles. Een Franse auteur gebruikt (48 uur) gekiemde tarwe die hij vervolgens 48 uur laat staan in water. Dat levert gauw een te sterk gefermenteerde drank op. Wij houden het op Wigmore's latere aanbevelingen: een kop gewassen tarwe in drie of vier koppen water 48 uur laten staan. Dezelfde tarwe kan nog een tweede en derde keer worden gebruikt. Dan is 24 uur voldoende. Als basis voor de rejuvalec kan (in plaats van geweekte tarwe) ook tarwe genomen worden die na het weken een dag heeft gekiemd.

Die waarde van kiemen
Er is een oude Chinese legende die het verhaal vertelt van een groep Chinese landverhuizers die de Jang-tse-kiang-rivier opvaren - op zoek naar een nieuw woongebied. Hun boot zit vol proviand en zaaigoed voor later. Er steekt een verschrikkelijke storm op en de boot is een tijd lang speelbal van een nukkige onweersbui. Praktisch alle etenswaar slaat overboord. Alleen het zaadgoed blijft bewaard. Kletsnat en onbruikbaar als het is geworden. Alles begint te ontkiemen. Helaas, daar valt niets meer mee te beginnen. Een aantal hongerige dagen later zetten de landverhuizers hun tanden in de jonge kiemplantjes. Zo slecht blijken die niet eens te smaken. Aangenaam verrast zijn de opvarenden ook, dat deze eenvoudige plantaardige maaltijd genoeg is om hen zo snel weer op krachten te laten komen....

Chinese farmacie
Eeuwenlang zijn kiemen onderdeel geweest van het dieet van tientallen culturen in Oost en West. Het gebruik ervan zou ouder zijn dan de Bijbel. Gekiemde zaden werden al gegeten in Mesopotamië, Egypte en het oude Griekenland. Volgens een publicatie van het Duitse ministerie van Landbouw teelden en aten de Chinezen 3000 jaar geleden al kiemen. Andere bronnen reppen over oude manuscripten waaruit blijkt dat de Chinezen 5000 jaar geleden al regelmatig kiemen zouden hebben gegeten. De toenmalige keizer van China zou al geweten hebben van de therapeutische waarde van kiemen. Zoals aan het eind van de zestiende eeuw ene Li Shi Chen in zijn PEN TS'AO KANG MU (een uitputtend werk over Chinese farmacie en kruiden) ook uitvoerig inging op de medicinale waarde van kiemen. Chen schreef kiemen onder andere voor als remedie voor waterzucht en reumatiek. Nog altijd staan ontkiemde mung- en adukibonen in het verre oosten op veler menu. Het Himalayavolk de Hunza's, gebruikt kiemen om de winter mee door te komen. Dichter bij huis stuiten we op het traditionele Zweedse gerecht Kruska - gemaakt van ontkiemde granen en lijnzaad - dat de spijsvertering heet te bevorderen, vooral de vertering van zetmeelproducten. Wat langer geleden, in de achttiende eeuw, propageerde de Engelse kapitein Cook het gebruik van ontkiemde granen als middel tegen scheurbeuk. Cook brouwde een cocktail van ontkiemde gerstekorrels, die hij gedurende lange tijd bij lage temperaturen had laten koken. Cook schijnt zijn hele drie jaar durende zeereis niet één man verloren te hebben, tenminste niet aan scheurbuik.

Eiwit-tekort
In de Verenigde Staten werd tijdens WO II een campagne gelanceerd om de mensen vertrouwd te maken met het laten kiemen en eten van sojabonen. Men voorspelde een eiwit-tekort, dat evenwel uitbleef. In 1948 was iedereen de sojaboon weer vergeten. Behalve de veeboeren natuurlijk. In de agrarische sector werden ontkiemde granen voor de komst van de kant-en-klaar-korrels veel gebruikt als voedingssupplement voor dieren. In Noord-Frankrijk kregen postduiven gekiemde granen voor hun vertrek. Er is veel veranderd. In enkele decennia tijds heeft het kiemen van granen, peulvruchten en oliehoudende zaden enorm aan populariteit gewonnen. Informatie over kiemen vindt u ook bij de Slowjuice.nl.

In Duitsland kwam de Voorlichtingsdienst van het ministerie van Voeding, Land- en Bosbouw in 1994 met een enthousiaste en uiterst lezenswaardige brochure over de waarde van kiemen. Het ministerie wijst erop dat kiemen vaak veel hogere gehalten aan vitaminen bevatten dan groenten als kropsla, tomaten en wortelen. Verder schrijft men dat mineralen dankzij het kiemproces makkelijker opneembaar worden voor het menselijk lichaam en dat de eiwit- en vetkwaliteit in belangrijke mate wordt verbeterd. In Amerika zag Paul Burkhoder (Yale Universiteit) in de jaren veertig de gehalten van sommige B-vitaminen met honderden procenten toenemen. Vooral bij haver - waar het gehalte aan vitamine B6 met 500% toenam; dat aan panthoteenzuur met 200% en vitamine B2 zelfs met 1300%. Van verschillende soorten bonen geeft de literatuur een verdubbeling tot een verzesvoudiging van het vitamine B12 gehalte aan. Ook het Vitamine C gehalte kan beduidend toenemen. Met de aantekening dat de zaden zelf weinig tot geen vitamine C bevatten.

Pleitbezorgers
Ann Wigmore is waarschijnlijk de belangrijkste en invloedrijkste propagandiste van het gebruik van kiemen geweest. Maar er waren andere pleitbezorgers. De Zwitserse natuurgeneeskundige Alfred Vogel bijvoorbeeld, die in de jaren zestig hoog opgaf van de waarde van ontkiemde tarwe, rogge en gerst. Hij adviseerde deze granen als een probaat tonicum. Ontkiemde granen hadden de mens iets te bieden wat zij "bij menige dure preparaten en tonicums" vergeefs zouden zoeken. "Een versterkend en bloedvormend middel zoals we niet gemakkelijk voor ons dure geld kunnen kopen". De werking zocht Vogel vooral in de aanwezigheid van het enzym diastase dat - tijdens het kiemproces wordt gevormd en zetmeel omzet in suiker. Interessant is dat in relatief kleine kring hoog wordt opgegeven over de betekenis van het enzympreparaat vasolastine dat de bloedvaten zou reinigen van aangekoekte vetafzettingen. Een preparaat dat zijn oorsprong vindt in ontkiemde tarwe. In het verleden is in Amerika in agrarische kring onderzoek gedaan naar de betekenis van ontkiemde haver bij vruchtbaarheidsstoornissen van koeien en stieren. De simpele aanvulling van kuilvoer met (ontkiemde) haver verrichtte in sommige gevallen wonderen. In een onderzoek van het Proefstation voor de Veeteelt in het Amerikaanse Beltsville beschreef de onderzoeker de resultaten als verbazingwekkend. "In alle (elf) onderzochte gevallen brachten de koeien die voorheen zes tot veertien maanden vergeefs waren gedekt opnieuw normale, gezonde kalveren ter wereld. Hetzelfde gebeurde vervolgens bij een tweede groep volledig onvruchtbaar geachte koeien. Zoals ook stieren in alle onderzochte gevallen hun normale vruchtbaarheid herkregen." De binnen de Bd-landbouw welbekende onderzoeker Ehrenfrief Pfeiffer vertelde in 1951 op een bodemconferentie dat hij er altijd in was geslaagd vruchtbaarheidsstoornissen van stieren op te heffen middels een streng dieet van groene alfalfa, gevolgd door ruime hoeveelheden ontkiemde haver.
Terug naar de menselijke voeding - Ann Wigmore alle claims aangaande de waarde van kiemen in 1985 als volgt samenvat: "We praten over een van de geconcentreerste bronnen van vitamines, mineralen, enzymen en aminozuren (proteïne) die er bestaan. Weinig hedendaags voedsel vereist bij de productie zo weinig tijd, energie en kosten en levert toch zo veel voedingswaarde." En: "Bij overvloedig gebruik hebben kiemen de eigenschap het lichaam jong te houden door de cellen van hoogwaardige voeding te voorzien en ze te helpen giftige afvalstoffen kwijt te raken."

Literatuurlijst
Aicher, Gisela: Keime, Sprossen, Grünkraut. Bausteine zur Vollwerternährung, 112 blz, 1989, Schnitzer Verlag, St. Georgen im Schwarzwald.
Gerlach, Bettine: Keimlinge. Brochure van de voorlichtingsdienst van het Duitse ministerie van Voeding en Landbouw, 1994. Aan te vragen bij: AID, Postfach 200153, 5300 Bonn 2, Duitsland.
Gronau, Hermine: Keime & Sprossen, einfach köstlich. Hõdecke Verlag, Weil der Stadt, 1988,
Kulvinskas Viktoras: Sprout for the love of every body, a nutritional evaluation of sprouts and grasses, 152 blz, 21st Century Publications, Fairfield, Iowa.
Labbá, M.: Het kiemboekje. Een mini-boekje, 49 blz, uit het Frans vertaald in het Spaans, Duits, Engels en Nederlands. In eigenbeheer uitgegeven: 3, Rue Emile Level, F75017 Parijs.
RoseMarie: Das grosse Buch der Sprossen und Keime, Wilhelm Heyne Verlag, München, 310 blz, 1987.
Schmid, Reiner: Weizengrassaft. Medizin fur ein neues Zeitalter, 77 blz, Verlag Ernährung & Gesundheid, Leostrasse 14, 81375, München, Tel/fax: 0049-89716134.
Schmid Reiner: Zuhause selber Keimen, Anleitung zum keimen, 80 blz, Ernöhrung & Gesundheid, München.
Villeneuve, Fabrice de: Santè, mode d'emploi, 154 blz, In eigen beheer uitgegeven, Editions une Autre Regard, Les Curtils, 74230, Dingy Saint-Clair, tel.: 00-33-50021468, fax: 50321240. 1993. ISBN 2-910111-00-8.
Wever, Stefan: Kiemen, groenten in eigen vensterbank, 1993. Te bestellen bij: De Natuurlijke Molen, Arnhem i 6,-.
Wigmore, Ann: The Hippocrates Diet. A Natural Diet and Health Program for Weight Control, Disease Prevention and Life Extension, 1984, 191 blz, Avery Publishing, Wayne, New Jersey, VS. ISBN 0-89529-223-8.
Wigmore, Ann: The Weatgrass Book, 1985, 126 blz, Avery Publishers. ISBN 0-89529-234-3.
Wigmore, Ann: Why suffer? Avery Publishers.
Wigmore, Ann: Be your own doctor, 1982 (heruitgave)., 190 blz, Avery Publishers. ISBN 0-89529-193-2.
Bron: Vruchtbare Aarde.
http://www.vruchtbareaarde.nl

Wij slaan cookies op om onze website te verbeteren. Is dat akkoord? Ja Nee Meer over cookies »